Krijg toch allemaal de klere
val voor mijn part allemaal dood
ik heb geen zin om braaf te leren
ik eindig toch wel in de goot
kinderen willen niet met me spelen
noemen me rat en wijzen me na
de enige die me wat kan schelen
die is er nooit, dat is m'n pa
m'n moeder kan me niet verdragen
nooit doe ik iets voor haar goed
om liefde hoef ik ook al niet te vragen
schelden is alles wat ze doet
geen wonder dat m'n pa is gaan varen
ik mocht niet mee, ik ben te klein
ik moet 't in m'n eentje klaren
tot 'ie ooit weer terug zal zijn
Refr.:
had ik maar iemand om van te houwen
twee zachte armen om me heen
die mij altijd beschermen zouwen
ik voel me zo verdomd alleen
Misschien als vaders schip er is
als 'ie weer terug is van de zee
zegt 'ie nog eens "luister cis"
waarom vaar je niet met me mee
ik ben toch ook nog maar een kind
kan 't niet helemaal alleen
misschien dat ik ooit het geluk nog vind
maar hoe, dat is een groot probleem
Refr.
Die mij altijd beschermen zouwen
ik voel me zo verdomd alleen