Liselore Gerritsen Lyrics
De Pianoles Lyrics
Onbarmhartig slaat ze de maat
Ene, tweee, driee, viere
Fout
Over
Ene, tweee, driee, viere
Fout
Over, over
Je hebt niet gestudeerd, zegt ze, je hebt weer niet gestudeerd
Ze zit een beetje gebocheld achter me
De ogen priemen achter de brilleglazen
De zwarte hoge schoenen met veters stampen de maat mee met de stok
Ze ergert zich
Discipline, zegt ze, en over, over, over
Bij de zesde keer over gebeurt het
De toetsen van de piano worden wazig
M'n handen glijden in m'n schoot en ballen zich tot kleine onmachtige vuisten
Nog een keer over, denk ik, en dan gebeurt er iets vreselijks
Over
En daar gaan ze, de vuisten
Met al hun kracht slaan ze van links naar rechts over de toetsen
En terug
En nog een keer
En nog een keer
Dan sta ik op
Mijn grootmoeder wil me tegenhouden maar ik grijp
Haar stok waar ze niet buiten kan en smijt hem in de hoek van de kamer
Ze zegt niks
Haar lippen zijn stijf op elkaar geklemd
Haar neusvleugels trillen
De hand met de kromme vingers gaat langzaam omhoog
Ze moet me slaan, denk ik, ze moet het doen
De hand komt met kracht naar beneden maar remt vlak
Bij m'n gezicht af en legt zich, als een bevend diertje, tegen m'n wang
Kind, zegt ze, en dan nog eens
Kind
Ze schuift op mijn stoel achter de piano en begint te spelen
Ik haal haar stok uit de hoek van de kamer en luister
Haar handen grijpen als klauwtjes in de toetsen
De romp beweegt zich wiegend van achteren naar voren
En van links naar rechts
Het witte knotje half los
Vanonder haar handen vandaan springen de noten
Hoogop de kamer in en blijven even trillend in de lucht
Hangen voordat ze zich uitgezongen neerleggen op de kast
Het bed
Op de grond
Het tempo wordt hoger en ze lacht
Dan ineens is daar het akkoord dat fout gaat
De misslag
Ze schrikt, alsof er een afschuwelijk beest in haar vingers bijt
Even luistert ze, alsof ze denkt dat het nog goed kan komen
Dan slaat ze met een klap de piano dicht
Ze ziet er uit als een boos heksje en pakt haar stok
Nu zal het gebeuren, denk ik, nu zullen we het hebben
Nu zal ze op haar stok gaan zitten en door het raam wegvliegen
De witte haren wapperend achter zich aan
De zwarte hoge schoenen met veters aan weerskanten bungelend
Eerbiedig doe ik een stap achteruit om haar voldoende
Ruimte te geven voor de start
Grootmoeder, zeg ik plechtig, het spijt mij dat ik nooit gestudeerd heb
En even later
Het ga u goed
Ze kijkt me argwanend aan en gaat moe in haar leunstoel zitten
De volgende dag is ze dood
Wil je grootmoeder nog even goeiendag zeggen, vraagt m'n vader
Nee, zeg ik, dat heb ik gisteren al gedaan