's nachts kom ik uit het riool
Opzoek naar vlees vol met bloed.
Dit is om mijn honger te stoppen
En mij van agressie te verlossen.
Antichrist, antichrist, antichrist
Antichrist, antichrist, antichrist
Satan heeft mij onder zijn vleugels.
Hij vertelt wat ik moet doen.
Zoveel mogelijk griffoos doden
En deze van hun ziel ontdoen.
Voor gods wil ga ik niet aan de kant
Want die teringlijer mag van mij weg rotten.
Heilige huizen zet ik in de brand
Zodat ze er uitzien als krotten.
Elke avond bundel ik mijn krachten
En komt het kwade in mijn gedachte.
Dan sluip ik door de straten
En vliegt het bloed om me kop.
Sluipend langs een grote kerk
Hoor ik zacht gepraat.
De stinkende geur van heiligdom
Maakt me agressief en kwaad.
Binnenin zit iemand te bidden
Naar een of andere god.
Van buiten is die heilig
En van binnen is die rot.