Ik had een hele fijne jeugd
Van jongs af aan ken ik al vreugd'
Ik werd omringd door veel liefde en geluk
Ik ben nog jong en ook nog klein
Toch wil ik hen heel dankbaar zijn
Die voor me zorgden, dat gaat nooit meer stuk
Moet ik me schamen voor de jaren die ik van hen kreeg
Voor die twee mensen, zo lief en zo zacht
Ik ben hen dankbaar, heel mijn leven
Want ik ben toch hun kind
Ik heb niemand ooit zo bemind
refr.:
Je bent een zondagskind, je bent een zondagskind
Als je vroeg in je leven al echt wordt bemind
Je bent een zondagskind, je bent een zondagskind
Als geluk in je leven al heel vroeg begint
Als je dat vergeten bent
En je ouders niet meer kent
Ben je arm, ook al heb je veel geld
Heb ik later ook een kind
Wat mij echt een moeder vind
Dat is het enige geluk wat dan telt
refr.
Als geluk in je leven al heel vroeg begint